Wat geeft ons meer kleur op de wangen?
Door Reina Wessels-ten Bruggenkate
Waar worden we in de beleving van ons geloof enthousiast van? Wat geeft ons een thuisgevoel in ons geloof en wat inspireert ons? Die vragen – en nog veel meer – heeft het bestuur van het Vicariaat binnen onze geloofsgemeenschap zichzelf de afgelopen tijd gesteld. De zeven leden van het Vicariaatsbestuur (dat is de katholieke poot binnen ons kerkelijk bestuur) formuleren de vraag specifiek vanuit de katholieke identiteit.
In een recent document speuren ze naar een nieuw bewustzijn van hun katholieke identiteit door onder meer een herwaardering – “hertalen” – van katholieke rituelen en gebruiken. Te denken valt dan aan het gebruik van ‘katholiekere’ liederen, meer ruimte voor mysterie, het gebruik van symbooltaal, gebruik van wierook, wijwater en iconen en andere katholieke tradities. Omdat niet iedereen in de Regenboog die katholieke taal spreekt, wil het Vicariaat in enkele informatieavonden bepaalde rituelen en symbolen nader uitleggen en er met elkaar over praten. Het Vicariaat is van mening dat ook protestanten en gelovigen met een andere achtergrond waardering kunnen opbrengen voor typisch katholieke gebruiken. Sterker nog: dat het een verrijking kan betekenen van onze geloofsbeleving.
Fred Visser, die als redelijk nieuwe vicevoorzitter van het Vicariaatsbestuur de hele discussie heeft aangezwengeld, zegt: “Het is belangrijk om te benadrukken dat we niets willen afdoen aan de oecumene zoals we die hier samen beleven. Integendeel. Onze belangrijkste conclusie was bovenal dat we juist blij zijn deel uit te maken van onze oecumenische geloofsgemeenschap. Die overtuiging willen we ook uitstralen. We willen meedoen in de Regenboog als katholiek. Maar tegelijkertijd hebben we een verlangen om als katholiek meer kleur op de wangen te krijgen.”
Zo bleek in de gesprekken dat er behoefte bestaat aan meer ‘katholiekere’ liederen tijdens de viering. Fred: “Daarmee bedoelen we dat we in de liederen een zekere lichtheid willen, zoals met de Taizé liederen.” Of zoals Maja van Spaandonk het uitdrukt: “Er zijn van die zondagen dat ik me echt katholiek voel. Dat zijn de kerkdiensten waarin ‘het’ gebeurt. Dat gevoel dat we in het Licht staan, met het prachtige gezang van het koor tijdens de Maaltijd, Ubi Caritas et Amor, Deus ibi est. Waar vriendschap is en liefde, daar is God.’ Dat doet me iets. Net als het prachtige Taizé lied Laudate Dominum, Loof de Heer. Als iedereen dat zacht meezingt of mee neuriet… Dan gebeurt het.”
Ruimte voor mysterie
Er is ook vraag naar meer ruimte voor mysterie. “Mysterie in de liturgie bewerkstellig je door het gebruik van symbooltaal, symbolen en symboolhandelingen”, weet Fred. “Maar als je die gebruikt, werken ze pas echt als de mensen in de kerkzaal die symbolen allemaal op dezelfde manier begrijpen. Als mensen het niet begrijpen, dan werkt het symbool niet. We hebben met elkaar in de Regenboog een gemeenschappelijke taal terwijl we uit verschillende tradities komen. Dat moeten we koesteren. Maar we pleiten er ook voor dat we open staan voor nieuwe beelden – taal of symbool – die uitdrukking geven aan datgene waar wij in deze oecumenische gemeente voor staan.”
Voorbeeld? “Een avond over iconen. Of een reeks vieringen rond de zeven werken van barmhartigheid, waarbij we onze eigen beelden creëren, die we later weer kunnen gebruiken.” Het Vicariaat wil graag in de Regenboog met elkaar in gesprek over die specifiek katholieke gebruiken. Welke betekenis hebben vuur en water, wat wordt er uitgebeeld als de Paaskaars wordt binnengedragen, wanneer wordt wijwater gebruikt en welke betekenis hebben heiligen en wanneer is iemand überhaupt heilig? Welke ‘voorbeeldige’ mensen spreken ons tegenwoordig aan?
Iconen
Natuurlijk zijn er ook typisch katholieke onderwerpen die niet makkelijk in het oecumenisch profiel van de Regenboog passen. Denk aan de verering van Maria. Annemiek Aertssen: “Voor sommige katholieken is Maria misschien niet zo relevant, maar voor mij is Maria nog steeds de ‘meest benaderbare’. Dat wil niet zeggen dat ik een Mariabeeld in de kerk wil, maar een mooi icoon kan ik wel erg waarderen, omdat het mij helpt in mijn geloofsbeleving.”.Beeld en verbeelding horen bij katholieken, zegt Fred. Reden voor het Vicariaat om te pleiten voor gebruik van iconen en andere visuele middelen die de teksten uit de bijbel verduidelijken en onderstrepen.
Maja: “Voor mij is gevoel heel belangrijk. Ja, daar hoort ook dat kerststalletje bij en de Taizé liederen en het Licht van de kaars. Als iemand tegen mij zegt: ‘Ik zal een kaarsje voor je opsteken’, dan doet me dat als katholiek wat. Dan voel ik me in het Licht gezet. En dat doen we ook als we volgens katholieke traditie een kaarsje opsteken voor mensen die zijn overleden. Die zetten we dan in Gods Licht.”
Ook meer gebruik van wierook? Dat past in de traditie van de Regenboog, al is er nogal eens weerstand tegen vanwege de prikkelende lucht. Maja: “Maar als het wierook op een open schaal wordt gebrand, bij het uitspreken van gebeden, kan het de boodschap enorm versterken: ‘Zoals de wierook opstijgt, zo stijgen onze gebeden op naar God.’ Prachtig als je dat kunt laten zien!”
Veel puur katholieke gebruiken en rituelen zijn voor veel niet-katholieken echter onbekend of toch niet helemaal duidelijk. Reden voor Annemiek om te pleiten voor geleidelijkheid. “Uitleggen en met veel respect goed luisteren naar elkaar, de tijd nemen voor vragen en antwoorden.” Annemiek: “Wij zijn daarmee opgegroeid, maar ook wij als katholieken begrepen vroeger niet altijd alles. Al die Latijnse teksten, die kon je wel uit je hoofd meezingen, maar wat het nou precies betekende… dat wisten wij eerlijk gezegd ook niet.” Tijd dus voor uitleg en vragen en antwoorden tijdens informatieve avonden, die de vicariaatsgroep wil organiseren. “Maar zeker ook uitleg tijdens de zondagse kerkdiensten.” Zo wil het Vicariaat in februari 2026 een avond over ‘Heiligen’ organiseren. Dat moet een leuke, informatieve, maar ook gezellige avond worden. Fred: “Daarmee hopen we de nieuwsgierigheid te wekken, maar ook een gezamenlijke zoektocht doen naar wat heilig voor ieder van ons betekent, of wie wij kunnen zien als heilige. Maja: “Als oecumenische gemeenschap moet je ook vernieuwend zijn!”
“Wat essentieel en puur is.”
Zo’n vijftig jaar geleden waren we als samenwerkende kerken in de Merenwijk spraakmakend vanwege onze oecumene. Pastor Jan van Well, een van de grondleggers, zei destijds in een interview: “Niet wat ons scheidt, maar wat ons verbindt. Niet onze verschillen, maar onze overeenkomsten zijn onze uitgangspunten.” Logische vraag aan Fred Visser: Zijn we daarin volgens het Vicariaat doorgeschoten? Voelt het alsof de katholieke identiteit is ondergesneeuwd? “Nee”, vindt Fred, “wat Jan van Well zei, geldt nog steeds. Maar oecumene betekent niet dat we onze overtuigingen op één hoop gooien en dan weglaten wat niet iederéén naar de zin is. We willen blijven bij wat essentieel is en wat puur voelt in ons geloof, waaraan we in gezamenlijkheid nieuwe vorm en inhoud kunnen geven. De Regenboog moet daarbij als een thuis voelen voor ieder van onze gemeenschap.”
Annemiek: “We willen geen grote veranderingen. Belangrijk is ook dat niet alles tegelijk kan of tegelijk moet. Nieuwe dingen uitwerken kost tijd.” Maja vat het zo samen: “We willen ook geen ‘rooms clubje’ binnen de oecumene zijn. Eigenlijk willen we die oecumene juist een extra zetje geven. Wat mooi is, bewaren en gebruiken.”
Het is de bedoeling dat iedereen in de Regenboog daarvan kleur op de wangen krijgt. Die kleur is dan een teken van gezondheid, enthousiasme en vitaliteit.