Familie Hancock kent u waarschijnlijk niet, mocht dat wel zo zijn dan verzoek ik u vriendelijk om per omgaande contact met ondergetekende op te nemen. Dat leg ik nog uit. Maar ook al kent u ze niet, ze zijn sinds 2005 elke dag in de Regenboog te vinden. Als je maar weet waar je moet zoeken! Ik ben sinds het voorjaar van 2020 wetenschappelijk onderzoeker geworden in mijn spaarzame vrije tijd. Zoals bekend dateert ons orgel uit 1875 en is het afkomstig uit het Engelse Oundle (en kwam het na een periode in de Leiderdorpse Muzenhof naar ons). Ik ben nu bezig de hele geschiedenis van ons orgel te onderzoeken (dit komt in latere columns vast nog verder aan de orde) en een van de aspecten is familie Hancock uit Oundle.
In 1875 bestonden er nog geen elektromotoren, dus om een orgel te voorzien van lucht was een assistent nodig. In Oundle werd dat gedaan door jongens tussen de tien en zestien jaar (ongeveer). Dat weet ik omdat ik in contact ben met iemand die in zijn jonge jaren ‘ons’ orgel heeft voorzien van lucht. Dergelijke assistenten werden ‘Blower’ genoemd, zij ‘blazen’ immers lucht het orgel in. Dat geschiedde via een hefboom die uit het orgel stak en was aangesloten op een balg. Door met de hefboom te ‘pompen’ werd de balg voorzien van lucht, en die lucht stroomde via windkanalen naar de windladen, waarop alle pijpen staan dan wel zijn aangesloten. De hefboom is gedemonteerd, maar aan de kas is nog zichtbaar waar hij heeft gezeten, te weten aan de linkerkant.
Maar menig blower bleek een vandaal. Zij hebben het orgel onherstelbaar beschadigd! Schande! Ik bedoel, in dit tijdsgewricht wordt alle geschiedenis 100% politiek correct herschreven, dus alle inkervingen in het linkerzijpaneel die de blowers hebben aangebracht tijdens (saaie?) preken moeten ernstig worden veroordeeld. Ik als normaal denkend mens daarentegen ben er erg blij mee. Al deze jongelui hebben met soms fraaie tierelantijnen hun naam ik de kas gekerfd, inclusief jaartal(len). Zo kom je tegen 1886, 1912, 1939 e.d.
De familie Hancock is meermaals vertegenwoordigd. Het fraaiste signatuur is van ene J.B. Hancock. Uiteindelijk heb ik na vele uren zoeken op allerlei genealogische websites achterhaald dat dat Jack Baxter Hancock (1899 – 1980) moet zijn geweest. Jack is destijds seinwachter op het treinstation van Oundle geworden. Jack had nog drie broers en twee zussen, en ik ontdekte vervolgens dat H.B. Hancock, ook op ons orgel ingekerfd, dan zijn broer Harry moet zijn geweest (1893 – 1917). Heel tragisch, Harry is in 1917 (eerste wereldoorlog) tijdens een vuurgevecht in Frankrijk om het leven gekomen. Zijn naam staat zelfs op een oorlogsmonument dat zich op een prominente plek in Oundle bevindt. Wél leuk om te vertellen, Harry was ‘painter’ / ‘decorator’ (schilder / behanger). In een woonhuis in Oundle heeft hij ook zijn naam achtergelaten, zo ontdekte iemand tijdens een verbouwing, ik heb inmiddels een foto van die inscriptie.
Helemaal rechtsonder op de kas staat alleen ‘Dick’. Een van de resterende broers van Jack en Harry heette Dick… dus wie weet. In elk geval zet ik mijn zoektocht naar de andere, soms zeer slecht leesbare, namen voort en ik hou u op de hoogte. Curieus is de inkerving T.B. Hancock met datum 15 november 1922. Ik heb nog geen T.B. Hancock gevonden, dus mocht u weten wie hij / zij is?
Het verleden werd in 1950 ingehaald door het heden. Het naamplaatje van de orgelmotor bevatte de naam van de leverancier (Watkins & Watson) en een serienummer, zo ontdekte ik laatst ook. Het bedrijf bestaat zelfs nog, en aan de hand van het typenummer heeft men voor mij vastgesteld dat de motor in 1950 is geleverd aan een orgelbouwer (ene S.E. Gilks) in Peterborough. Peterborough ligt dichtbij Oundle, dus dit moet haast wel dezelfde motor zijn.
Tot slot, verdere ‘beschadiging’ van ons orgel wordt uiteraard niet op prijs gesteld, dus die 1,5 meter afstand blijft voorlopig van toepassing….
Frank Resseler